Met de trein van Salzburg naar Boedapest

Stel, je werkt een dagje op een wintersporttrein van Nederland naar Oostenrijk. En de week daarna ga je weer met diezelfde trein mee terug. Dan sta je op zaterdagavond, na een lange dag treinen en sjouwen, ineens ergens in een klein dorpje tussen de besneeuwde bergtoppen en heb je de hele week om jezelf te vermaken. En als je niet gaat skiën, wat doe je dan? Dan plak je er gewoon nog wat treinreizen achteraan!

Ok, het is niet erg waarschijnlijk dat jij in dezelfde situatie zit. Maar mocht je overwegen om Oostenrijk en Hongarije met de trein te bezoeken: ik kan het je erg aanraden! In deze blog mijn verslag van een bezoekje Salzburg en mijn verblijf in Boedapest. Ook interessant voor wie niet met de trein reist 🙂 (of midden in de winter… al bleek dat helemaal niet zo erg).

Treinreizen in Oostenrijk is echt super! Nette, comfortabele treinen met veel voorzieningen. Zoals een stopcontact bij elke stoel en goed werkende WiFi.

Oostenrijkse historie in Salzburg

Vanuit St. Johann im Pongau, een van de haltes van de Krokus Express, nam ik eerst de trein naar Salzburg. Daar had ik een paar uurtjes om rond te neuzen. Van tevoren had ik me totaal niet verdiept in wat er hier te doen is. Wat een super gevoel van vrijheid geeft het toch om dan ineens in zo’n buitenlandse, historische stad te wandelen. Een van de eerste landmarks die je ziet vanuit het station is de vesting Hogehalzburg, en ik dacht meteen: ‘daar wil ik op’. Je bleek er gewoon heen te kunnen lopen, al is het laatste stukje wel een lekker klimmetje. Voor de iets minder actieve medemens is er ook een treintje omhoog 🙂

 Festung Hohesalzburg, gezien vanaf de Altstadt

Uitzichtje!

Ik weet nu ineens vanalles over de vroegere zoutopslag waar de stad zijn naam aan dankt. Toen ik na de audiotour nog even van het uitzicht stond te genieten, begonnen ze op een toren achter mij ineens trompet te spelen. Dat maakte het plaatje compleet. Fantastisch toch, als je zonder plan toch ineens een super beleving hebt.
 
 
Verder is Salzburg de stad van Mozart én de Mozartkugel, het ronde chocolaatje met pistache- en marzepeinvulling. En ik moest natuurlijk ook even op z’n typisch Oostenrijks genieten van een koffie met ‘Kuchen’. Buiten op een terras, want het voelde met een graad of 12 gewoon als lente.
 
 
 
Ik ben helemaal niet zo’n taartliefhebber, maar in Oostenrijk maak ik graag een uitzondering… yummm!

Boedapest: van Spa tot Goulash (check!)

In Boedapest was het nóg iets warmer dan in Salzburg. En de dagen begonnen heerlijk zonnig. Wat een geluk, want ik hoorde dat het hier afgelopen winter lang erg koud is geweest. En intussen zag ik foto’s van het thuisfront voorbij komen van verregende carnavalsoptochten… wat een treurig gezicht.

Nou is treurnis in Hongarije helaas ook aanwezig. De treinreis leidt je langs vervallen gebouwen en in een niet al te inspirerend landschap. De tijd van het jaar draagt er vast een beetje aan bij, maar toch. Ook in Boedapest is de scheidslijn soms dun tussen ‘klassiek’ en ‘oud en rommelig’. De daklozen liggen de hele dag bij bosjes in de metrostations. Maar de hoeveelheid imposante bouwwerken is dan wel weer op z’n minst indrukwekkend.

Zomaar een stationnetje onderweg. Niet echt heel erg vrolijkmakend.
 
Het station in Budapest (Keleti) is dan wel weer gelijk schitterend
 
 
Mijn reisdoelen: check! Ik heb een ochtendje gebadderd in een van de vele thermale baden van de stad. Of het nou het heilzame bronwater was of de sauna: alle spanning in mijn schouders van al het sjouwen verdween als sneeuw voor de zon. Als herboren was ik klaar voor een dagje sightseeing. Alleen mijn voeten waren aan het eind van de dag niet meer zo zen… 🙂

Een aanrader, zo’n echte spa bezoeken. Het hoort hier echt bij de cultuur, en als je zoals ik een minder toeristisch bad opzoekt (zoals Gellért), dan zit je tussen de Hongaren. Ook wel weer een beetje bijzonder, maar als je het mij vraagt een betere ervaring dan struikelen over toeristen.

 
Doel nummer 2 was een échte Hongaarse goulashsoep zien te vinden. Uiteraard véél beter dan onze Soep-in-zak variant van ome Unox (die ik overigens ook erg lekker vind, vandaar ook de goulash op de Boedapest-bucketlist). Hij was veel dunner en bevatte heel veel groente. Thuis maar eens een receptje opzoeken en zelf brouwen.
 
 
De ingang van Dandár Fürdó, een minder bekende (en dus niet zo toeristische) spa
 

Ohja… hierom hield ik niet van kabelbanen

Wie denkt dat ik super georganiseerd ben op zo’n tripje, kan ik verklappen dat ik in mijn reis-enthousiasme lang niet alles van tevoren helemaal goed doordenk …
Ik zag dat je aan de Buda-kant van de stad (Boedapest is namelijk een soort Etten-Leur: de rivier de Donau scheidt hier de twee stadsdelen Buda en Pest) op de hoogste heuvel van de omtrek met een kabelbaan omhoog kon, waar de omgeving ‘lush & green’ zou zijn. Toen ik na een busritje bij een vervallen stationnetje aankwam, bedacht ik me pas dat ik natuurlijk geen hypermoderne Oostenrijks skistation kon verwachten. Niet dat ik die had verwacht, maar ik had er simpelweg niet zo bij nagedacht dat de vervallen variant waarschijnlijker was.
 
Het station… you get my point?
 
 
En toen ik in de kabelbaan zat, moest ik even slikken… Ohja, dit was waarom ik vroeger nooit zo van kabelbanen hield. Ik had last van hoogtevrees en voelde me er niet veilig in. Daar ben ik intussen wel overheen, maar het zag er hier allemaal wel heel ehh.. basic uit. “Het blijft wel Hongarije”, ging door mijn hoofd. Geen idee wat dat zegt over onderhoudsmaatstaven maar heel modern is het allemaal niet. En er was ook nog eens bijna niemand. “Green” was het trouwens ook niet en “lush” al helemaal niet. Niet zo gek natuurlijk, midden in de winter. Waarom wilde ik dit ook alweer?
 
 

 Jammergenoeg een beetje heiig, maar toch een mooi uitzicht over de stad, die nog heel erg uitgestrekt is

Gelukkig was ik de terugweg wat relaxter, en maakte het uitzicht over de stad het wel goed. En natuurlijk stond ik even later gewoon weer veilig en wel met beide benen op de grond.
 
Onveilig heb ik me trouwens op de hele rest van de trip niet gevoeld: je kunt in Boedapest met een gerust hart alleen over straat.
 

Wat verder te doen in Boedapest

Tot slot nog wat highlights en tips:

 
In plaats van de toeristenbus, koos ik gewoon voor een dagkaart van het OV. Met de tram zie je veel en kom je makkelijk op allerlei toeristische plekken, en is hier zó goedkoop (terwijl je voor de hopperbus een aardige toeristenprijs betaalt). Toch scheelt zo’n toeristenbus je misschien wel wat lopen: je sjouwt hier zelfs met het OV wat af. Te meer omdat je niet zomaar overal kunt oversteken. En zo’n brug is leuk om te zien of overheen te rijden, maar stiekem best ver om te voet over te steken. De Chain Bridge is 330 meter lang!
 
 
Het Hongaarse parlement (en dit is er nog maar een fractie van!)
 

Buda Castle en de Chain Bridge by night 

’s Avonds zijn die bruggen, Buda Castle en het Parlementsgebouw schitterend uitgelicht.
Een heel eenvoudige manier om hier van te genieten: doe een ritje tram 2 op en neer langs de rivier. Ondanks mijn vermoeide voeten besloot ik ’s avonds toch nog even hiervoor naar buiten te gaan, en dit was de moeite meer dan waard.
 
Shoppen in Boedapest: het ‘downtown’ winkelgebied is best mooi, maar vond ik qua winkels niet heel erg speciaal. Wil je echt losgaan met winkelen in Boedapest dan is de West End mall (bij het Budapest Nyugati station) een goede optie. Je vindt hier allerlei bekende merken en winkelketens.
 
Het bronwater proeven? Onder de brug waar zich de Rudas spa bevindt, zit een tapplaats waar je voor een habbekrats je flesje kunt vullen met dit bijzondere water. Zoals het daar binnen ruikt, smaakt het water ook: het is wat muffig en niet erg lekker. Maar volgens de bordjes is het wel goed voor vanalles. Mooi, want ik moet nog een paar dagen flink op pad!
 
 
 Water uit de bron bij Rudas
 
Nog een spa. Gellért is een van de bekendste en grootste van Boedapest
 
 
 
 
Ik heb me beperkt tot sightseeing van buitenaf en ben verder niet naar binnen geweest in één van de oude gebouwen. Op mijn tweede ochtend had ik niet zoveel zin meer om nog uitgebreide tours te gaan doen, omdat ik toch op tijd weer met de trein mee moest. Ik las dat er onder Buda Castle een uitgebreid grottenstelsel te vinden is waar ook tours worden gegeven. Mocht ik hier nog eens komen, dan lijkt me dat wel interessant.
 
Als ik nog andere speciale must-see’s ben vergeten, let me know! Ik vond het zelf nu welletjes. Op naar Wenen voor het volgende deel van de reis!
 

2 Reacties

  1. Nancy
    maart 5, 2017 / 8:36 pm

    He vrolijke fladderaar, nieuwe lay-out is top!
    En je reisverslag ook ?
    Leuk geschreven en mooie foto’s.

    • Yvonne - Vrolijke Fladderaar
      Auteur
      maart 5, 2017 / 9:00 pm

      Hihi, je hebt ‘m gewoon al gespot precies voordat ik het de wereld in heb geslingerd! 😀 Dankjewel!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

CommentLuv badge

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.